BouwProfs

De bouw online verbonden.

Leo Kranenburg is vakredacteur van BouwKennis. In de BouwProfs groep op Linkedin stelt hij de volgende vraag:

Uit een onderzoek van BouwKennis blijkt dat ruim eenderde van de gemeenten en aannemers GWW in de toekomst meer PPS-projecten verwacht. Hoewel hun verwachtingen minder zonnig zijn dan in 2008, hebben zowel gemeenten als aannemers nog altijd veel vertrouwen in de toekomst van publiek-private samenwerking in de GWW-sector.

Hoe kijkt u aan tegen de toekomst van PPS? Zullen er de komende jaren meer of juist minder PPS-projecten worden opgestart? Welke obstakels ziet u en hoe zijn deze te overwinnen? Ik ben benieuwd naar uw mening!

Weergaven: 410

Hierop reageren

Berichten in deze discussie

De toekomst van PPS is wat mij betreft gekoppeld aan twee belangrijke aspecten: vertrouwen en gelijkwaardigheid (beide in het teken van samenwerking)

 

Vertrouwen

...het sleutelwoord bij PPS. Zonder vertrouwen worden de verschillende belangen van alle kanten ingedekt (juridisch, financieel, etc). Wat het kweken van vertrouwen tegenwerkt is de wijze waarop de outputspecificatie wordt vastgelegd. Gebruikelijk is om de outputspecs helemaal dicht te timmeren, omdat de opdrachtgever bang is dat hij iets anders krijgt. Vaak heb je voor een uitgeprinte versie een paar meter kastruimte nodig. Er is met andere woorden weinig vertrouwen in de markt. Wellicht zijn er wel betere oplossingen mogelijk voor een bepaalde presentatiegerichte vraag. Dit gebrek aan vertrouwen is een valse start in een langdurige samenwerkingproces.

Een goede voorbeeld hoe dit opgelost zou kunnen worden is aanbesteden volgens de principes van het Living Building Concept van Hennes de Ridder. Dit is een samenwerking gericht op vertrouwen!

 

Gelijkwaardigheid

Naast gelijkwaardigheid tussen opdrachtgever en opdrachtnemer, is gelijkwaardigheid binnen een consortium ook van cruciaal belang voor het slagen van een PPS. Als een opdrachtgever het heeft over integrale samenwerking, dan heeft hij het met name over de samenwerking met de inschrijvende partij. Met deze partij wordt immers op alle belangrijke vlakken (DBFMO) een langdurige samenwerkingsovereenkomst aangegaan. Waar echter aan voorbij wordt gegaan, is de contractvorming binnen een consortium. Deze zijn veelal gericht op individuele afspraken tussen de aannemer en de adviserende partij (dus traditioneel). Vaak gebeurt dit ook nog onder zeer slechte omstandigheden voor de adviserende partij. De investering tijdens een PPS is vanwege de vaak uitgebreide vraag veel groter dan waar voor betaald wordt. Het risicoprofiel van de adviseur is daarmee uit verhouding getrokken. Als er voor de inschrijvende partijen geen gelijkwaardigheid wordt gevonden in de manier hoe contracten onderling gesloten worden, is er geen toekomst voor PPS. Ik wil best meer investeren, lees risico nemen als ik bij goed functioneren van het team daarvoor beloond word en wil ook honorarium inleveren als we als team niet goed gepresteerd hebben.

Gelijkwaardigheid kan bijvoorbeeld worden gezocht door de gedeelde verantwoordelijkheid vast te leggen in een gezamenlijke overeenkomst (dus met alle partijen)

 

Samenvattend: PPS ja! maar wel als de volgende twee aspecten kunnen worden losgelaten:

- de opdrachtgever moet vertrouwen laten zien in de markt door de aanbesteding / outputspecs presentatie gericht op te stellen.

- de opdrachtnemer moet zijn team samenstellen op basis van gelijkwaardigheid, dus op basis van gedeelde verantwoordelijkheid in de vorm van een gezamenlijk contract.

Het vertrouwen in de toekomst van PPS is denk ik wel terecht. Het is dé manier om het optimum uit de bouwkolom te halen. Om een PPS traject op te starten moet alleen behoorlijk geïnvesteerd worden in adviseurs. Gespecialiseerde adviseurs dan wel te verstaan. Die zijn relatief schaars en duur. Gemeenten hebben nog wel eens de neiging om voor de laagste tarieven een paar adviseurs binnen te halen die de zaak 'even' op de rit moeten zetten. Omdat er nog een behoorlijk verschil zit tussen PPS in woord en PPS in daad komen de problemen er pas in een laat stadium uit.

De toekomst van PPS hangt m.i. sterk af van de kwaliteit van de voorbereiding en van de ingezette adviseurs.

Toevallig heeft het PPSnetwerk vorige maand een artikel geplaatst met de titel 'PPS markt in Nederland blijft groeien' (http://www.ppsnetwerk.nl/Kennisbank/Artikel/PPS-markt-in-Nederland-... ). Interessant vind ik de visie dat pensioenfondsen meer betrokken moeten worden bij pps. In een ander artikel wordt genoemd dat DBFM-light vaker gebruikt zal worden bij infra-projecten en kleinere vastgoedprojecten.

Antwoorden op discussie

RSS

Wie zijn lid van BouwProfs?

© 2024   Gemaakt door Michel Eek.   Verzorgd door

Banners  |  Een probleem rapporteren?  |  Algemene voorwaarden

Google+