BouwProfs

De bouw online verbonden.

We hebben onder 1 dak 3 vakantiewoningen gecreëerd die allemaal door een ankerloze spouwmuur zijn gescheiden.

ze hebben allemaal een eigen entree/ingang

Alle woningen zijn op papier aangemerkt als afzonderlijk brandcompartiment

Woningen hebben een extra verdiepingsvloer die boven de 4 meter ligt

Brandweer geeft aan dat iedere woning automatisch wordt gezien als subbc en daarom geen verdiepingsvloer mag hebben boven de 4 meter

Ik hoor graag uw reacties

Weergaven: 1841

Hierop reageren

Berichten in deze discussie

@ Gertjan.

Allereerst bepaal jij de brandcompartimentering en niet de preventie ambtenaar. Aan de hand van jouw aanduiding, kan hij vervolgens eisen stellen aan de brandwerendheiden vluchtwegen. In tabel 16 met de WBDBO-eis staat voor andere gebruiksfunctie, een maat van 5meter, waaronder of boven je andere normen hebt.Dus niet dat iets niet kan. Daarnaast kan jij je beroepen op gelijkwaardigheid aan bv een woonfunctie waar een grens is van 7 meter. Ben benieuwd hoe het ontwerp eruit ziet, want ik denk dat je een second opinie moet aanvragen.

 

Wat Joost zegt inderdaad, ik zou ook de tekening wel even willen zien om een goed oordeel te kunnen geven. Is het mogelijk dat je een PDF upload, zonder locatie- en opdrachtgegevens? 

Artikel 2.102, negende lid, van het Bouwbesluit 2012 luidt als volgt. Op elk punt van een voor personen bestemde vloer in een subbrandcompartiment begint ten minste een vluchtroute met een op die vluchtroute te overbruggen hoogteverschil naar een uitgang van het subbrandcompartiment van ten hoogste 4 m. Net als het vierde lid van artikel 2.136 van het Bouwbesluit 2003 is deze eis van toepassing op het bouwen van nieuwe vakantiewoningen.

 

Dit artikel leidt niet tot een maximale hoogte van een verdiepingsvloer in een vakantie woning, maar soms wel tot extra voorzieningen om te voorkomen dat het hoogteverschil naar de uitgang van het subbrandcompartiment (rookcompartiment volgens het Bouwbesluit 2003) waarin die verdiepingsvloer ligt te hoog wordt.

Ook kan op grond van artikel 1.3 (van het Bouwbesluit 2012), gelijkwaardigheid, een groter hoogteverschil worden toegestaan.

Een tekening zou inderdaad een zinvolle aanvulling zijn op je vraag. Het lijkt mij sterk dat één recreatiewoning (logiefunctie) niet als 1 brandcompartiment gezien kan worden (bij een verdiepingsvloer hoger dan 5 m1 moeten er wel extra brandwerende voorzieningen worden getroffen).

 

 

Tabel 2.10.2

gebruiksfunctie niet zijnde een woonfunctie

tijdsduur van de brandwerendheid met betrekking tot bezwijken in minuten

Indien geen vloer van een verblijfsgebied hoger ligt dan 5 m boven het meetniveau

60

Indien een vloer van een verblijfsgebied hoger ligt dan 5 m en geen vloer van een gebruiksgebied hoger ligt dan 13 m boven het meetniveau

90

Indien een vloer van een verblijfsgebied hoger ligt dan 13 m boven het meetniveau

Bedankt Joost voor je antwoord

Heb via een andere site ook al wat antwoorden gekregen

De brandweer beroept zich op het volgende artikel (afd. 2.12 artikel 2.102 lid 9)

Volgens bouwbesluit 2012 is een rookcompartiment automatisch ook een subbrandcompartiment,

en mag er geen hoogteverschil van meer dan 4 meter in zitten.

Dat zou dus betekenen dat ik in een grote vakantiewoning geen extra verdieping kan maken (boven de 4 meter) zonder dat ik daar een extra uitgang voor creëer.

Mijn ontwerp zou je kunnen zien als een blok van 3 huizen onder 1 dak, en allemaal gescheiden door een ankerloze spouwmuur.

Wat mij bevreemd is dat er dus kennelijk verschil gemaakt wordt tussen een logiesverblijf en een gewone woning.

 

De constatering dat er een verschil wordt gemaakt tussen een vakantiewoning (logiesverblijf) en een gewone woning is correct.

Heren er zat wat overlap tussen jullie en mijn aanvulling.

Joost,

Ik begrijp uiteraard dat er verschillen zitten tussen een logiesverblijf en een gewone woning, alleen vraag ik me in dit geval af wat het verschil is in het gebruik van de woning en de risico's die dat met zich mee brengt.

Ik begrijp het wel als je een verblijf creëert waarbij verschillende groepen gebruik maken binnen dat verblijf van een gezamenlijke ruimte

 

Dat is in mijn geval niet van toepassing

 

Beste Gertjan,

Dit heeft niets te maken met het al dan niet aanwezig zijn van gezamenlijke ruimten in de vakantiewoning.

Bij de vakantiewoning (logiesverblijf) wordt er van uitgegaan dat, anders dan in een reguliere woning, de gebruikers van de woning niet altijd op de hoogte zijn van vluchtroutes en andere aspecten die een rol kunnen spelen bij het veilig vluchten bij brand. Het Bouwbesluit maakt daarbij geen onderscheid tussen een vakantiewoning voor een gezin die de woning goed kent en de vakantiewoning voor de verhuur.

 

Zouden er verschillende groepen gebruik maken van de vakantiewoning, dan wordt verondersteld dat elke groep een afzonderlijk logiesverblijf in die vakantiewoning heeft. Elk logiesverblijf moet dan in een afzonderlijk (beschermd) subbrandcompartiment liggen. We hebben het dan dus niet meer over een reguliere vakantiewoning.

 

Tsja, deze vluchteis geldt zowel voor een logiesgebouw als logiesfunctie. Denk inderdaad dat het ontwerp enige aanpassingen nodig heeft....... :-(

Bedankt weer voor de verhelderende antwoorden

 

 

 

Succes met het plan, komt vast wel goed :-)

Succes.

Overigens, als e.e.a. leidt tot naar jou oordeel onbedoelde problemen dan raad ik je aan je brancheorganisatie daarvan op de hoogte te stellen. Die kunnen dan namens de leden een brief sturen aan het ministerie van BZK. Ook zou je zelf een brief kunnen sturen. Het is voor het ministerie namelijk lastig om problemen in de bouwvoorschriften weg te nemen als die niet bekend zijn of als er geen draagvlak is voor het wegnemen daarvan.  

Antwoorden op discussie

RSS

Wie zijn lid van BouwProfs?

© 2024   Gemaakt door Michel Eek.   Verzorgd door

Banners  |  Een probleem rapporteren?  |  Algemene voorwaarden

Google+