De bouw online verbonden.
Bouwkundig tekenaar en projectcoördinator Philip sanders stelt in de BouwProfs groep op Linkedin het volgende aan de orde:
'Het aanvragen van het BREEAM-certificaat en de daarvoor benodigde prestatieborging brengen aanzienlijke kosten met zich mee. Natuurlijk wil iedereen een duurzaam gebouw, maar wegen de meerkosten op tegen de toegevoegde waarde van het certificaat? Of moeten we de klanten aanraden dat geld te stoppen in extra energiebesparende maatregelen?'
Geef je reactie door via deze discussie.
Tags:
Deventer kom ik niet vaak, maar voor een fles... ;-)
Prestatieborging klinkt makkelijk, inderdaad aan de hand van criteria. Maar gebeurd het ook echt? Ga je naar hogere eisen, wordt de borging ook belangrijker. Luchtdicht bouwen en hoge Rc waarden vragen om aandacht voor de detaillering en uitvoering, het moet echt goed zijn anders hollen de waarden achteruit. Als er goed toezicht is komt dat wel voor elkaar, maar voor kleinere bouwwerken schiet dat er snel bij in.
BREEAM draagt bij aan goede borging, door procesmatige eisen in het systeem, zeker als er een certificaat moet volgen. Dat vraagt bewijslast van de aannemer, uitvoeringsfoto's en testrapporten of thermografisch onderzoek naderhand. Een goede stok achter de deur dus. Je moet uit de gewoontes van de betrokkenen stappen, om te voorkomen dat met het doet 'zoals we dat altijd al doen'; dat is niet meer goed genoeg bij een Rc van 5 en hoger.
(de isolatiewaarden haal ik aan omdat die makkelijk uit te leggen zijn, en op de bouw opgelost moeten worden. Maar veel duurzame eisen gaan natuurlijk veel verder en vragen ook aandacht en bewijs).
Als het gaat om prestatieborging of borging in zijn algemeenheid, dan moet je dat wegzetten tegen de criteria die je wilt bereiken met het certificaat en die je vervolgens wilt borgen. lijkt een open deur, maar is essentieel voor de perceptie. Met een hoogste score BREEAM en de volledige boring daarvan behaal je maximaal het resultaat dat de criteria van BREEAM aangeven. Zou het doel van de opdrachtgever zijn om een resultaat neer te zetten dat aan de meer universele criteria van duurzaamheid zou moeten voldoen, zoals ik eerder in de discussie het omschreven, dan is er nog een hele weg te gaan. Zonder in details te treden zou na gebruik het gebouw en daarmee alle materialen en de grondstoffen waar deze uit zijn opgebouwd, eenvoudig uiteen te nemen moeten zijn en of terug te brengen zijn naar gelijkwaardig niveau van de oorspronkelijke grondstoffen en/of dat de ontstane hybriden in die vorm oneindig verder kunnen. Daarbij zal de keten van extractie van de grondstoffen uit de aarde tot en met het gebruik als gebouw tot en met de reentry in de keten (gelijkwaardig) zodanig moeten zijn dat dit fair gedaan is, conform SA8000 bv (of UN Global Compact) en geheel toxisch vrij. Daarbij zou, omdat fossiele energie ook een grondstof is, er alleen gebruik gemaakt kunnen worden van hernieuwbare energie. En dit alles van extractie tot reentry ondubbelzinnig aantoonbaar.
Omdat dit nu nog een brug te ver is, is een goede keuze dan delen van het gebouw op deze manier te doen: 'goed' doen en andere delen zo minder slecht mogelijk. Vrijwel zeker zal deze aanpak niet altijd stroken met het puntensysteem van BREEAM, maar dan is de vraag: wil je een duurzaam pand of wil je een hoge BREEAM score? Uiteindelijk zou de optimale BREEAM score gelijk moeten zijn aan de universele duurzaamheid. Daar moeten we aan werken.
De certificering voor duurzaam vastgoed is inmiddels wel een beetje een wedloop geworden. De één na de ander is het meest duurzaam. BREEAM is daarbij wel de meest geloofwaardige en in de breedte gezien de meest relevante. Het is toch een manier van vergelijkbaar maken van bepaalde duurzaamheidskenmerken. Zonder een maatstaf blijft het gissen of specificaties wel of niet juist zijn. Antwoord: nuttig dus.
Waarop baseer je dat BREEAM de meest geloofwaardige is? en in de breedte de meest relevante?
Wilco Jordaan zei:
De certificering voor duurzaam vastgoed is inmiddels wel een beetje een wedloop geworden. De één na de ander is het meest duurzaam. BREEAM is daarbij wel de meest geloofwaardige en in de breedte gezien de meest relevante. Het is toch een manier van vergelijkbaar maken van bepaalde duurzaamheidskenmerken. Zonder een maatstaf blijft het gissen of specificaties wel of niet juist zijn. Antwoord: nuttig dus.
Geef alleen aan dat ik denk dat veel opdrachtgevers een certificering om verkeerde redenen willen uitrollen. Zéker niet generaliserend maar voor veel vastgoed eigenaren gaat het om een nuttige vorm van prestige. Wat betreft BREEAM zijn de kwalificaties transparant en op relevante eigenschappen maar ik ben met je eens dat het beeld completer kan. Ik kan niet beoordelen of de score parallel loopt met de mate van duurzaamheid maar dat heb ik misschien gewoon aangenomen omdat de DGBC er achter zit. Ook hier zijn keuzes gemaakt blijkbaar, anders wordt het wellicht onuitvoerbaar.
Dat opdrachtgevers image als een van de drivers hebben om te gaan verduurzamen is prima. Ook als zij kiezen voor een certificeringssysteem als BREEAM is prima. Ongetwijfeld is de kans op een duurzamer gebouw groter met, dan zonder. Wat ik belangrijk vind is dat men weet wat de toegevoegde waarde aan duurzaamheid is en vooral ook wat niet. Stel dat vanaf morgen alle gebouwen worden gebouwd met BREEAM en dan de hoogst denkbare score. Is dan de gebouwde omgeving duurzaam? En is daarmee een einde gekomen aan lineair denken en bouwen? Nee, helaas niet. En dat is ook niet wat BREEAM verkondigd. Zij doen naar mijn inschatting niet aan greenwashing. Voor wie geinteresseerd is zijn de ctriteria transparant dus wanneer je je als deelnemer aan een certificering goed verdiept in waar een certificaat voor staat, dan kun je weten in hoeverre duurzaamheid gediend wordt. Het gevaar zit in zonder kennis en feiten aannemen wat men denkt waar een certificering voor staat. Je gaf aan dat jij eea aannam omdat DGBC er achter zit. Dat zegt iets over jouw vertrouwen in DGBC, maar zegt niets over het certificaat en niets over duurzaamheid.
De lineaire economie is ontstaan omdat iedereen het prima vond en het liet gebeuren. Met de verduurzaming lijkt dat weer te gebeuren. Iedereen vindt het prima. Kort door de bocht: Als het maar een groene sticker oplevert en men kijkt niet verder dan voor ons eigen doel noodzakelijk is. Laten we de transitie naar een ware circulaire economie ons aller doel maken, dan zou het allemaal goed moeten komen.
Wilco Jordaan zei:
Geef alleen aan dat ik denk dat veel opdrachtgevers een certificering om verkeerde redenen willen uitrollen. Zéker niet generaliserend maar voor veel vastgoed eigenaren gaat het om een nuttige vorm van prestige. Wat betreft BREEAM zijn de kwalificaties transparant en op relevante eigenschappen maar ik ben met je eens dat het beeld completer kan. Ik kan niet beoordelen of de score parallel loopt met de mate van duurzaamheid maar dat heb ik misschien gewoon aangenomen omdat de DGBC er achter zit. Ook hier zijn keuzes gemaakt blijkbaar, anders wordt het wellicht onuitvoerbaar.
Ik ben de afgelopen jaren als adviseur duurzaam bouwen betrokken geweest bij de Venco Campus in Eersel. Op mijn advies zijn we gaan werken met Breeam. Het gebouw wordt uiteindelijk "outstanding". Meerkosten: nihil. Dat hebben we bereikt door Breeam te combineren met Slimbouwen en door in eigen beheer te bouwen, open en transparant. Ons budget was gebaseerd op het traditioneel bouwen. Alle extra's voor duurzaam bouwen en Breeam zijn binnen dat budget gerealiseerd. Onze faalkosten zijn ca 2,6%. Duurzaam bouwen is anders denken en doen; innovatief zijn; dat geldt ook voor de uitvoering. Duurzaam bouwen is niet duur; traditioneel bouwen is duur.
Esteban, jij sprak over studies die de meerwaarde aantonen van een BREEAM certificaat, zou je mij daarover wat meer kunnen vertellen? Ik ben op dit moment namelijk bezig met een afstudeeronderzoek naar de concrete meerwaardes van Duurzaam Bouwen. Dit vereist al certificaten, er moet immers bewijs zijn voor men er een bedrag aan kan hangen, het 'blauwe ogen' principe werd hier al eerder genoemd. Daarnaast werk ik als BREEAM coördinator bij een ontwikkelende aannemer, hoewel het afstudeeronderzoek zich verder zal richten als BREEAM. In deze context is deze discussie zeer nuttig en leuk om te lezen.
Ad, wat betreft de Venco Campus. Ik ben hier ruim een jaar geleden geweest met een excursie, en begrijp me niet verkeerd, het is een prachtig gebouw, en op een prachtige manier neergezet, daar valt niks van te zeggen. Maar wat betreft meerkosten, het gebouw is zeer luxe uitgevoerd en het heeft nogal wat tijd en moeite gekost om überhaupt daar te mogen bouwen. Volgens mij waren er zonder BREEAM ook hoge ambities, dus je zult niet alle kosten zomaar door kunnen vertalen, maar als je puur vierkante meters kantoor en industriehal wou had dit makkelijker goedkoper gekunnen.
En daar komen we op een vaag gebied, waar liggen de extra kosten? In ieder geval in de administratie en registratie van alles, maar dit is tezamen met de assessment- en certificeringskosten enkele (tien)duizenden euro's, en op grote gebouwen speelt dit weinig tot geen rol, en zoals hier al eerder is gezegd, als de keten er op is ingericht zullen deze ook verder dalen. Maar de kosten zijn in ieder geval nog te meten met traditioneel bouwen, van de opbrengsten is dat een stuk moeilijker te zeggen op de MIA/Vamil na.
Veel bedrijven in de gebouwde omgeving beweren duurzaam te bouwen of duurzaam te renoveren. In de praktijk klopt dat niet altijd. Met een BREEAM-certificaat kan je onderbouwen dat het klopt, en dat je niet aan 'greenwashing' doet. Ook opdrachtgevers zullen er sneller vertrouwen in hebben de je duurzaam bouwt.
Welkom bij
BouwProfs
© 2024 Gemaakt door Michel Eek. Verzorgd door